Tijdens de wortelkanaalbehandeling wordt het wortelkanalenstelsel helemaal schoongemaakt en gevuld.
Voor de wortelkanaalbehandeling worden er één of meerdere röntgenfoto’s gemaakt van de tand of kies. Daarop is te zien hoeveel wortels en wortelkanalen er zijn en hoe ze eruitzien. Tijdens de behandeling zal de tandarts opnieuw röntgenfoto’s maken om het verloop van de behandeling te kunnen controleren.
Er wordt tijdens de behandeling gebruikt gemaakt van een rubberdam. Dit is een lapje van non-latex materiaal. Daarmee wordt de tand of kies afgescheiden van de mondholte. Zo kunnen bacteriën in het speeksel niet meer bij de tand of kies komen. Ook beschermt de rubberdam de mondholte tegen spoelmiddelen en kleine instrumenten die de tandarts tijdens de behandeling gebruikt. (In de tarievenlijst wordt de rubberdam ‘cofferdam’ genoemd).
De tandarts maakt het wortelkanaal toegankelijk. Daarvoor maakt de tandarts een kleine opening in de tand of kies. Als de zenuw ontstoken is, wordt het ontstoken weefsel eruit gehaald.
Als de kanalen gevonden zijn en toegankelijk zijn gemaakt, worden ze met een handvijltje of een roterende vijl iets breder gemaakt. Dit is nodig om ruimte te maken voor het spoelmiddel. Zo worden de kanalen goed schoon.
Na het reinigen en drogen van de kanalen worden ze gevuld. Ook moet het zichtbare gedeelte (de kroon) gevuld worden met vulmateriaal.